Basisprincipes van dikactivisme
Dikactivisme gaat over veel meer dan houden van je lichaam. Het is een sociale beweging die gaat over de gelijkwaardige behandeling van dikke mensen in onze maatschappij. Hier zet ik een aantal basisprincipes op een rij waarvan ik denk dat ze het uitgangspunt zijn van dikactivisme.
1.
Het woord ‘dik’ is een neutraal woord
2.
‘Overgewicht’ en ‘obesitas’ zijn stigmatiserende termen
3.
Gewicht staat niet synoniem voor gezondheid
4.
Je kan op basis van het gewicht van een persoon niet concluderen wat en hoeveel die eet
5.
Je kan op basis van het gewicht van een persoon niet concluderen hoeveel die beweegt/sport
6.
Niet alle dikke mensen willen dun worden
7.
Dikke lichamen (aka dikke mensen) zijn geen probleem dat opgelost moet worden
8.
De paniek rond de ‘obesitasepidemie’ zijn schadelijk voor de gezondheid van dikke mensen
9.
Dikke mensen zijn geen dunne mensen die ‘gefaald’ hebben
10.
Gewichtsverlies is niet iets om complimentjes over te geven
11.
Voor- en na-foto’s dragen bij aan het stigma van dikke mensen
12.
Het is ongepast om in onze maatschappij als niet-dikke persoon ‘ik voel me dik’ te zeggen
13.
Een gelijkwaardige behandeling in onze maatschappij hangt niet af van jouw gewicht, jouw gezondheid, de reden waarom je dik bent, of je wel of niet zou kunnen afvallen, etc.
14.
Dikactivisme gaat niet over de gevoelens van dikke mensen (het is een sociale beweging die strijdt voor een gelijkwaardige behandeling van dikke mensen in onze maatschappij, ongeacht of ze willen afvallen of niet)
15.
Dikactivisme gaat niet over jezelf mooi vinden of niet (het is een sociale beweging die strijdt voor een gelijkwaardige behandeling van dikke mensen in onze maatschappij, ongeacht of dikke mensen zichzelf mooi vinden of niet)
16.
Diëten werkt niet op lange termijn voor de grote meerderheid van mensen die eraan begint – nee, ook niet met een verandering in leefstijl
17.
Dikke mensen hebben niet méér doorzettingsvermogen nodig om toch te kunnen afvallen
18.
Diëten zorgt voor jojoën, wat een negatieve impact heeft op je gezondheid
19.
Kinderen op dieet zetten is gevaarlijk
20.
Dikke mensen hebben het recht om te eten wat, hoeveel en wanneer ze willen
21.
Body positivity is niet hetzelfde als dikactivisme
22.
Dikactivisme hangt samen met andere vormen van sociaal activisme en vetfobie is gelinkt aan transfobie, racisme, validisme, seksisme, etc.
23.
Health At Every Size (HAES) is niet hetzelfde als dikactivisme
24.
Jouw lichaam heeft geen morele waarde (m.a.w. een dik lichaam is niet ‘slecht’)
25.
De paniek rond de ‘obesitasepidemie’ (en alles wat daaruit voortvloeit) is schadelijker dan dik zijn zelf
26.
Dunprivilege bestaat
27.
Dik zijn is niet het tegenovergestelde van anorexia hebben; dit zijn geen twee uitersten op dezelfde schaal
28.
Dikke mensen kunnen ook anorexia hebben
29.
Dik zijn kan niet vergeleken worden met roken of alcohol consumeren: roken en alcoholgebruik zijn beide een gedrag, dik is een lichaamsvorm
30.
Voedsel is niet inherent ‘goed’ en ‘slecht’ of ‘gezond’ en ‘ongezond’
31.
Suiker is niet verslavend en veroorzaakt geen diabetes type 2
32.
Dikactivisme is niet ‘tegen’ mensen die afvallen (op welke manier dan ook) maar strijdt tegen de systemen die afvallen (aka dun zijn) voorstellen als enige mogelijkheid voor dikke mensen om een waardig leven te leiden in onze maatschappij
33.
Wanneer vetfobie verdwijnt, is dat goed voor álle mensen, niet alleen dikke mensen
34.
Dikke mensen hebben geen medelijden nodig. Wat wij nodig hebben is gelijkwaardige toegang tot alle aspecten van onze maatschappij.
35.
“Je moet niet fatshamen want je weet niet wat die persoon meemaakt of hoeveel die al afgevallen is.” Nee! Je moet niet fatshamen omdat fatshamen verkeerd is, punt. Ongeacht of die persoon door een moeilijke periode gaat of gegaan is.
36.
Fat suits dragen bij aan het stigma van dikke mensen
37.
BMI is bullshit en zou niet gebruikt mogen worden in eender welke setting (niet op school, niet bij de dokter, nergens)
38.
‘Obesitasexperts’ verdienen geld aan de ‘obesitasepidemie’ en zijn dus op geen enkele manier neutraal in deze kwestie
39.
Dikke mensen hebben meestal meer last van de opmerkingen die ze krijgen dan van hun dikke lichaam zelf
40.
Je kan niet vinden dat ‘obesitas’ bestreden moet worden en tegelijkertijd willen dat dikke mensen niet gestigmatiseerd worden
41.
Dikactivisme betekent ook opkomen voor de rechten van de meest dikke mensen. Er staat geen gewichtslimiet op een gelijkwaardige en menswaardige behandeling.
42.
Fat shaming en thin shaming zijn niet zomaar vergelijkbaar met elkaar
43.
De dieetindustrie doet er alles aan om geld te verdienen en geeft niet om het welzijn van consumenten
44.
Dikke mensen worden op verschillende vlakken gediscrimineerd in onze maatschappij
45.
Het is discriminatie wanneer dikke mensen meer moeten betalen om dezelfde service te krijgen als niet-dikke mensen (bv. vliegtuigstoel, verzekering, etc.)
46.
Als je zelf niet dik bent, is het niet aan jou om te bepalen wat vetfobisch en wat niet
47.
Het is niet omdat niet-dikke mensen vetfobie niet opmerken, dat het daarom niet bestaat
48.
Dikke mensen moeten hun lichaam niet aanpassen om toegang te krijgen tot onze maatschappij. De maatschappij moet toegankelijk gemaakt worden voor dikke mensen.
49.
Het is niet de fout van dikke mensen dat artsen hen niet kunnen behandelen en/of opereren. Dikke mensen moeten daarvoor niet afvallen, maar artsen moeten beter opgeleid worden en er moet meer onderzoek komen naar zorg voor dikke mensen.
50.
Als je zelf niet dik bent, heb je geen geïnternaliseerde vetfobie
51.
In onze maatschappij is het bijna niet mogelijk om niet vetfobisch te zijn, maar je kan er wel voor kiezen om het te ont-leren of op z’n minst er bewust van te zijn en niet expliciet vetfobisch te zijn
52.
Maagoperaties zijn gevaarlijk en zouden niet uitgevoerd mogen worden
